Leni van den Band: Ik vind het leuk om dingen te doen die nog niemand gedaan heeft.

Leni van den Band is een beeldend kunstenaar in ruimtelijk werk. Zij maakt zeer origineel uniek werk van bijzonder materiaal. Zoals plantaardige vezels, abaca (bananenvezel) en in de nieuwe expositie van steenstof. Zij onderzoekt het materiaal eerst, en dan komt daar na het nodige uitproberen een kunstwerk uit. ‘Dat is het leuke van bijzondere materialen, die hebben eigenschappen die je in beperkte mate kunt sturen.’ Vanaf 16 mei- 10 juni is de expositie ‘Van stal tot adoptiepand’ te zien in de Firma van Drie in Gouda. Een oude monumentale steenhouwerij. Ook is werk van haar in de Pulchri Studio in Den Haag te zien.

Op Leni van den Band’s website staat: ‘De verstilling, het desolate, de schoonheid van ritme en kleurnuances zijn een paar elementen, die in mijn werk zijn terug te vinden.’ (www.lenivandenband.nl)

Wat is kunst in jouw ogen?

Leni: ‘Het is een erg subjectief iets. Kunst is een product van de geest en de emotie in combinatie met vindingrijkheid, ervaring, scholing, goed kunnen kijken, een beetje lef hebben en in mijn geval maatschappelijk betrokken zijn. Als je er in wilt groeien moet je er een flinke tijd mee bezig zijn. Maar tegelijkertijd zie je soms werk van mensen die nauwelijks iets gemaakt hebben dat ongelooflijk goed is. Pas geleden was er een expositie in de Firma van Gymnasium scholieren, waar één leerling er uitsprong. Ik ben benieuwd of ze zelf alles bedacht heeft. Je moet wel iets weten van kleurgebruik, schoonheid en de juiste verhoudingen. Iemand als Egon Schiele had dat al heel jong. Het gaat over een bepaalde bewustwording. Jan Mankes met zijn gevoelige penseelstrijk, waarin veel emotie en verstilling zit. Oefening baart kunst, het is een cliché, maar het klopt wel.’

Je deed als opleidingen de Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag, de Nutsacademie in Rotterdam. Wat leerde je op de Nutsacademie?

In de 60er jaren begon ik met een opleiding voor handenarbeid in het jeugdwerk. Echte ambachten werden daar gedoceerd, als koper bewerken, hout-, steen- en leerbewerking. Het ging puur over de techniek. Op de Nutsacademie in Rotterdam werd ik geschoold door goede kunstenaars. De normen daar waren erg hoog. Je moest er een Rijksexamen doen.

Heel vroeg was ik al bezig met ruimtelijk werk te maken. Ik speelde toen ik jong was veel met mijn broer aan het water, we bouwden havens van bruine bonen, want er was weinig geld voor speelgoed.  Lego bestond nog niet. Mijn opa woonde aan het Voornse kanaal. Veel familieleden hadden een boerenbedrijf, kunst bestond niet in onze familie.

Mijn eerste baantje was het inrichten van een showroom voor schoolartikelen.  Dingen maken die op scholen gebruikt kunnen worden. Onderwijsmensen kwamen kijken, om te bepalen wat ze aan konden aanschaffen voor hun scholen.’

Werd het thuis wel gestimuleerd wat je maakte?

‘Jazeker, ze vonden alles prachtig. Al vroeg begon ik steeds meer ruimtelijk werk te maken. Mijn eerste man was kunstenaar en maakte ook ruimtelijk werk. Via twee LO aktes  kon ik naar de Nutsacademie in de Rotterdam en daar kwam ik met het kunstzinnige in aanraking. Cor van Dijk was daar werkplaats assistent en is nu een gevierd metaal kunstenaar’

Je staat er om bekend dat je met bijzondere materialen werkt. Zoals met abaca, de vezel van een bananensoort.

‘Meestal maak ik van al het werk één uniek exemplaar. Van werk in brons soms meer.  Binnenkort start de expositie ‘Van stal tot adoptiepand’ in de Firma van Drie in Gouda. Het gaat over de geschiedenis van het monumentale pand, een oude steenhouwerij. De geschiedenis is moeilijk te achterhalen. Het is nooit een woonhuis geweest. In het kadaster staat dat het in 1832 een stal was en de eigenaar een smid. Daarna werd Cornelis Cosijn, een smid en later fabrikant in stoomwerktuigen eigenaar van het pand. Hij leefde van  1803-1884. Vervolgens werd het kadastraal een pakhuis en pas in in 1984 een steenhouwerij. Pas in 2007 kwam de Firma van Drie, een kunstenaars stichting er in. In mijn expositie maak ik verwijzingen naar wat er in het pand allemaal gebeurd is. Wie daar de bewoners waren.’

Wat is de link met het verleden van het pand met je werk?

‘Wat de fabrikant in stoomwerktuigen betreft heb ik een soort metalen machine gemaakt met een klein speeldoosje erin. De titel is  Vooruitgang. Stoomwerktuigen vind ik helemaal te gek. Het tijdperk van de industriële revolutie vind ik erg fascinerend. Zo kwam ik op het idee van de metalen machine. Het is ook een verwijzing naar de periode erna met elektriciteit, dat laat ik zien met  kleine elektriciteitsdraadjes.’

En de stal?

Misschien is de stal een hoefstal geweest en daarna een koetshuis. ‘Daar komen de grote close up’s van de paarden hoofden uit voort in mijn film en dia’s bij de tentoonstelling’.

Wat is de verwijzing naar de steenhouwerij?

Vroeger wilde ik bij een grafsteenmaker stage lopen. Dat mocht niet van mijn ouders, omdat hij alcoholist was. Al dat stof is ook heel ongezond. Ik heb voor deze expositie de steenhouwer opgezocht die in het pand waar nu de Firma zit, heeft gewerkt. In de 80er jaren werd al met water gewerkt bij de machinale bewerking van steen. Vroeger ging dat rechtstreeks het riool in. Nu mag dat uiteraard niet meer.

Het fijnstof dat afgevoerd wordt gaat naar een grote container. Ik zag een enorme stofbagger op de grond liggen en heb gevraagd of ik dat stof mee mocht nemen. De man keek mij met grote ogen aan en dacht dat ik gek was. Ik had geen idee wat ik ermee wilde doen, ik ben proeven gaan doen. Het is zwaar materiaal, Belgisch hardsteen en graniet . Van het afgevoerde natte steenstof heb ik de installatie gemaakt met gekleurde stenen: Ingesloten steenstof genoemd. In het materiaal kan nog vocht zitten, misschien over honderd jaar wordt het een soort sneeuwhuisje, als de steenstof weer vrij komt.’

Is het maken zelf even belangrijk als het eindresultaat?

‘Jazeker, het hele proces van schets tot wat er gebeurd op de ontdekkingsreis in het maken. Ik eindig nooit bij mijn eerste schets. Dat is het leuke van  materialen, doordat je ze maar beperkt kunt sturen,  moet je je aanpassen

Waarom kies je voor bijvoorbeeld abaca, bananenvezel?

‘Mijn hart gaat ernaar uit. Ik kies het omdat ik het materiaal niet ken Het is als met eten. Ik vind het heel leuk om gerechten te eten die ik niet ken. Vooral plantaardig voedsel. Wat gebeurd er met materialen die je niet kent, wat zijn de eigenschappen. Die eigenschappen hebben grote invloed op het maak proces en in dit geval ook op het droogproces.’

Je bent dus ook een ontdekkingsreiziger.

‘Je weet niet waar je uit komt. Ik vind het leuk om dingen te doen die nog niemand gedaan heeft. Als mensen zeggen wat je nu wilt doen, dat kan niet, dan ga ik het juist uitproberen. Kunst is ook  over angstmomenten heen gaan. Ik ken geen kunstenaar die  iets zomaar in een keer gaat maken. Ja, Picasso misschien, dat was een natuurtalent.’

Vaak stel je het beginnen van iets nieuws uit. Misschien is dat wat je wilt gaat maken niet voldoet aan wat je wilt.

‘Nee, dat is het niet. Je weet als je er aan begint, dan duik je erin. Dat moment stel je vaak uit door excuses te zoeken om niet te hoeven starten. De eerste keer dat je van een duikplank gaat springen, is het angstig. Bij een creatief proces is dat ook zo. Als je de sprong waagt is het heerlijk, dan kom je in een andere werkelijkheid. Je moet je niet laten beïnvloeden door anderen. Dan kom je nooit tot je eigen creatie.’

Er komt een boek uit bij de tentoonstelling

‘De geschiedenis van het pand staat erin. Ik zat urenlang in het archief en vond het heerlijk. Al die prachtig met de hand geschreven documenten. Dan is er ook een film die op de muur wordt geprojecteerd en die het werk van de steenhouwer en de smid laat zien Er is een diapresentatie over de historie van het pand, die onder de trap worden geprojecteerd en natuurlijk de ruimtelijke werken zelf. Alles komt voort uit het gegeven:  het onderzoek naar het historisch pand van de Firma van Drie. Dat onderzoek leidde tot een boek. Dat leidde weer tot een diaserie. Uit gegevens van de research kwamen vier werken voort. Cisca Poldervaart met wie ik deze expositie samen doe, gaat in  op wat de muren hebben gezien en gehoord met linoleum werken. Ik kende haar van een groep kunstenaars die grafiek deden.’

 

Het is wel zo als iets door een groot publiek gewaardeerd wordt, dat zegt helemaal niets over de kwaliteit van de kunst

‘Soms zelfs het tegenovergestelde, kunst voor een erg groot publiek hoeft geen goede kunst te zijn. Er zijn hele goede kunstenaars die nooit een publiek bereiken, maar wel erg goed zijn.’

Welke kunstenaars inspireren jou?

‘De fotograaf Sebastião Salgado, die een prachtige expositie in 2017 in het Foto Instituut in Rotterdam had. Hij is iemand die rustig de tijd neemt, en soms uren wacht tot hij de juiste lucht heeft bij een landschap. Bill Viola die video installaties maakt. Fiona Tan die met foto’s een film Ascent maakt, heel filosofisch en poëtisch. Ontwerper Bart Hes. En de Japanse Chiharu Shiota, die met duizenden rode draadjes kunstwerken maakt. Zij was in 2015 de sensatie in de Biënnale in Venetië. Maar ik houd ook erg van het klassieke werk van Rembrandt. Zijn penseelgebruik, zijn kleuren en zijn licht. Als je soms van dichtbij kijkt zijn het soms maar een paar vegen, van een afstand zie je een gaaf voorwerp of achtergrond.’

Wat betekent het kunstenaarschap voor jou?

‘Ik zou me heel leeg voelen als ik niet meer zou kunnen werken. Nu heb ik geen vakantie omdat er teveel tentoonstellingen zijn. Momenteel zijn er vier exposities van mijn werk: In Gouda, een van beeldhouwwerken in de Pulchri Studio in Den Haag getiteld ‘Beeldreflecties’, een in Warmond en in Muntendam.

‘Om nog even terug te komen op je vraag wat kunst is. Je kunt niet zonder muziek, literatuur, film, beeldende kunst, dans. Als je in een land woont waar totaal geen kunst mag bestaan, dan wordt je op den duur een machine.’

Voor meer informatie zie www.lenivandenband.nl

Mijn gekozen waardering € -

Jaap Mees is filmmaker en freelance journalist. Voltooide de School voor de Journalistiek in Tilburg en de Filmacademie in Londen (regie/scenario). Maakte diverse korte en lange films, met name documentaires. Sommigen zijn vertoond in internationale filmfestivals in o.a Dublin, Londen, New York, Washington, Vancouver, Sitges, Utrecht en Manchester. Schreef voor diverse filmsites zoals Talking Pictures, NFTVM site en het filmblad Skrien. Nu Reporters Online, Cultuurpers.nl en Blendle/Cafeyn. Hij maakt ook opdrachtfilms voor musea en culturele instellingen. Zie website www.free-spirits-film.eu